Als oud-Amstelvener én voormalig Leidsepleinbewoner is het eigenlijk een godswonder. Een wonder dat ik überhaupt naar Zuid-Holland ben afgezakt (Delft). Maar vooral dat ik sinds een klein jaar openlijk de liefde heb verklaard aan Rotterdam.
Tien jaar geleden vond ik de bonkige havenstad tochtig en grauw, nooit matchend met mijn outfit. Het shopgebied tussen de Coolsingel en de Meent: een foeilelijke betonnen pukkel. De Kubuswoningen; tja ook lelijk. En over lelijk gesproken; Rotterdamse corpsgasten zijn bot én lelijk tegelijk (theorietje overgehouden aan mijn studententijd). Oh, en waren er ook kroegen dan in Rotterdam? Waar precies? Om vervolgens gewapend met een massieve The North Facelandkaart kilometers af te leggen van het ene ‘eindelijk gevonden tentje’ naar de andere.
Nee dan Damsko. Daar is álles charmant geordend in grofweg de Pijp, Jordaan, Nieuwmarkt en Plantagebuurt. Overzichtelijke districten volgepakt met de beste koffietoko’s, geheime cocktailbars, dansbarretjes en coole fashiondeli’s. En dan zijn daar nog de prachtige grachten en de glinsterende Amstel. De vloeibare boulevards waar je posh met je sloepje vol succesvolle randstedelijke vrienden kunt varenshinen.
NulTwintig, de stad waar je met je noncha matzwarte Veloretti-fiets en Ace&Tate sunnies op, het volste recht hebt om alle irritante toeries snoeihard van de tramrails te rijden. Muhaha. Om daarna samen met je bff chill de Noordermarktboodschapjes in de fietskratten te stapelen, de flessen rosé bovenop.
De weekenden spendeer je beurtelings bij Hanna’s Boom en Double Tree Rooftop Skybar. Want je moet je ingewikkeld drukke week natuurlijk wel inluiden met bellen Bobby’s gin en biologisch fingerfood. Amsterdam life. Ik kan het uittekenen want heb het zelf ook geleefd en beleefd. En mijn citycrush voor Damsko zal ook altijd blijven.
Maar daar was opeens die brutale opdonder 010. Subtiel in mijn leven gekropen dankzij lieve vriendinnetjes (en nichtje) die daar wonen. En mij vervolgens op sjouw namen door die rare betonnen vesting. Rotterdam, de stad die in korte tijd de hipster citylijstjes bestormde met De Rotterdam en Markthal als gloednieuwe landmarks. Het Rotterdamt dat de Kinfolks van deze wereld wist te imponeren met vernieuwende resto-concepten en on spot cocktailbars.
Rotterdam, de brutale aap met een enorme bouwdrive en een niet aflatende creatieve, poppin’ drang voorwaards. Met bijvoorbeeld het indrukwekkende centraal station als resultaat. Zo indrukwekkend dat voor elke toerist nu het credo geldt: “wie geen selfie heeft met de belachelijk fotogenieke stationsgevel op de achtergrond, is níet in Nederland geweest.” Amen to that.
Het duurde even maar dan heb je ook wat. Want opeens landde het, dat Rotterdam. Wat ik eerst kil en grauw vond, voelt nu hip Berlijn-ish aan. Wat ik eerst zo tochtig en hoekig vond aan 010-bouwsels, vind ik nu cool, architectonisch vet en imponerend. En wat ik altijd al tof vond aan Rotterdammers (nuchter, open en creatief), voel ik opnieuw aan de vibe met nieuwe mensen die ik hier ontmoet. De creatieve energie, het gevoel dat hier nog zoveel kan.
Dat is ook 1 van de redenen waarom ik mijn websitefoto en bedrijfslogo bewust heb laten maken door respectievelijk een Rotterdamse fotografe en Rotterdamse designer. Het resultaat is, as you all know, verpletterend.
Nee, vergeleken hiermee is Damsko inmiddels een soort van superverzadigde fat duck. Al het moois&lekkers, hip&happening is er, maar wel ramped to the roof. Ach Damsko, de hoofdstadknappie waar ik nog steeds een crush op heb. Knap maar wel chubby en vol. Burp*. Vol met lieve vrienden en familie. Waardoor ik altijd ungoing reden heb om in Damsko te willen zijn. En als oud-Amstelvener ook gewoon aan mijn stand verplicht. Amsterdam nooit uit m’n hart for sure.
Maar Roffa is als een brutale aap op mijn schouder gesprongen. Een apenkop in de groei, net als ik met Het Aapje. De sparkle, de dingen die ik allemaal wil bereiken met Het Aapje. De grote stap voorwaarts. De belachelijk royale bak aan creativiteit. De ruimte. Dát is het Rotterdam waar ik in wil duiken en in ronddobberen. 2016 als Het Jaar van Het Aapje in Rotterdam. Klinkt fantastisch, ja toch niet dan?
PS: Oh ja 1 ding waar ik als verwende 020-flaneerchick niet aan kan wennen hiero in 010: níemand let op je! Roffa guys, kijk ’s om je heen joh!