Heeft u alles kunnen vinden?

Ik vind het de meest fascinerende winkelservicevraag ooit.

Alle frequent Appie-buyers weten het. De vraag die je wist die zou komen (sic) zodra je de kassaband aantikt met je bonuskaart. Heb je net een massieve bak stracciatella-ijs als scheidingshek op de band geknald, van je strakke boodschappenlijstje een origami-pinguïn geknutseld (want je stond in de verkeerde rij en daardoor tijd over) en bam. Daar komt kassameisje Kayla met The Question aanzetten.

Mijn antwoord is dan nooit dit: “Nee, nu je het zegt, die handbeschilderde chiazaad-snoepkettingen six packs; waar liggen ze eigenlijk? Zou jij, Kayla, even achter je kassa vandaan kunnen kruipen, deze legendarisch lange rij wachtende Appinezen glashard willen negeren, en mij helpen zoeken?” Maar goed, ik zég deze monoloog uiteraard nooit hardop maar ik dénk ‘m altijd wel. Iedere keer als de HUAKV-vraag voorbij komt.

Deze wedervraag lijkt me trouwens ook lachen: “Ik heb alles gevonden, op de Friese staartklok na. Waar staat ie ergens? Niet in het koelvak toevallig?” Even geen gekkigheid. In supermarkten is namelijk geen klok te vinden. Mooi retailtrucje dit, zodat klanten nul notie van tijd hebben. En daardoor langer tussen de schappen des overvloeds blijven chillen. Ja, wij doen het dus allemaal, onbewust. Ook als we allang alle necessary boodschapjes hebben afgevinkt. Met dank aan de marketing psychologie. Muhahaha.

Bij de Etos same old, same old. Deze drogist is niet geheel toevallig onderdeel van Ahold holding, net als de Appie. Dus dat ze dezelfde moedertaal spreken is niet zo raar. Ook hier sta ik met enige regelmaat een berg ‘2 voor de prijs van 1′-mascara’s af te rekenen, en pats, altijd die vraag weer.

Eigenlijk best soort van patronizing, de toon van de vraag. Alsof ik een soort wildebeast ben en de winkel heb afgesnuffeld, op rooftocht naar paaseieren. Totale chaos als gevolg. Complete make-up displays hup opgetild en leeggeschud. Mandjes met douchefris omgekieperd en uitgekamd. Maar geen ei gevonden. Wel mascara. En waarop Etos-kassachick dan vol meelij de inhaker “heeft u écht alles, alles kunnen vinden?!” op volume 10, a) in mijn gezicht blaast en b) de winkel inschalt.

Ik ben een beetje confuus. Ik bedoel, je hoogst haalbare ambitie als storemanager is toch zeker het presenteren van de meest overzichtelijk denkbare toko-indeling? Zodat je bij de kassa niet DIE vraag hoeft te stellen aan je klanten? Desnoods hang je twee loeigrote Schiphol-ish pictogramborden boven de gangpaden. De ene voor lipsticks, de andere voor muëslirepen. Ben je gelijk klaar met je doelgroepsegmentatie. En dan haal je als klant na je Etos-shop-galore, zelfs in één adem je vliegtuig nog (want: zónder die voor-opstopping-zorgende vraag).

Alora. Wat ik de volgende keer eígenlijk zou moeten antwoorden op de HUAKV-vraag is dit: “Neen, Chef Wattenschijf, ik heb nog niet álles gevonden. Ik ben namelijk op zoek naar jullie divisiemanager” (lees: de gap of dame die het geniale idee had om het voltallige Ahold-personeel in 1 epische groepssessie te brainwashen. Met de Heeft-U-Alles-Kunnen-Vinden-vraag).

Wat die Etos-chick niet weet, is dat ik meneer/mevrouw de manager vervolgens behendig in een fijn vragenvuurtje ga manoeuvreren: Wat was de inspiratie voor deze vraag? Wat is het gewenste effect bij de klant? Heeft u die vraag écht zelf verzonnen? Heeft u thuis ook een Friesche staartklok staan? Dat werk.

Dus als, áls ik moet reageren op die fascinerende HUAKV-vraag, en ik krijg zowaar de manager te pakken, dan zou mijn triomfantelijke antwoord naar kassameisje heel simpel zijn: “Ja hoor, gevonden!”