Het Aapje en haar filosofische apenkooi

Mijn moeder die naar de Griekse deli in de Pannenkoekstraat wilde, ondanks het kapotdruilerige weer. Ik wilde niet maar dacht opeens aan al die kinderjaren waarin ik ook per se op het hobbelpaard in het winkelcentrum wilde. Of een ijsje in de winter (ik kreeg).

Een stagiair op het werk die zijn rap/soul-ish soundclouddemo’s aan mij mailde. Ik dacht meteen aan mijn spoken wordgedicht in progress. Of ik zijn Joey Badass-arrangement daarvoor mocht gebruiken (ik mocht).

Vriendinnen die een ode brachten aan mij, in speeches en dichtvorm. Ik huilde en dacht opeens aan al die keren dat ík mensen toesprak. Of die keren dat ik een gedicht voor iemand schreef (ik geef).

Mijn vriend, mijn sparringpartner aan wie ik al mijn verhalen vertel. En van wie ik zo veel terugkrijg (ik ontvang een precious telefoongesprek van 120 minuten).

In een mensenleven wil je iets, wil je niets, ontdek je iets en hoor je iets, geef je graag iets. En je gaat terugkrijgen. Het gaat naar je toekomen. Je ontvangt wat je toekomt. Gewoon, op dagelijkse basis. De vorm van wat je krijgt variëert.

Ik wilde niet naar de deli maar ik ging. Ik kreeg kwaliteitstijd met mama.
Ik schreef een spoken word en deelde mijn story met de stagiair. Ik kreeg er een passende toffe track voor terug.
Ik trok voor de verandering mijn dichtersjasje niet aan. Ik kreeg er een spiegel op papier voor terug.
Ik praat honderduit tegen mijn vriend. Ik krijg kostbare tijd om te koesteren.

Ik wilde niet ik ging ik schreef ik hoorde ik huilde. Ik vertel ik krijg ik geef ik ontvang. #monkeycycleoflife