HOE EEN AAP IN AMSTERDAM NOORD BELANDDE

Fietsen door Amsterdam Noord, omdat de organisator D66, in oktober 50 wordt. Toegegeven, ik zou nooit zomaar meefietsen met D66-mensen, maar ik heb zelf ook een verlaat lustrum te vieren met iemand uit die partij. In 2010 kwam ik Laura Wytema in de Delftse politieke arena tegen. Zij raadslid bij D66, ik backbencher bij CDA. Op partij-ideologisch niveau vonden we elkaar niet (altijd), des te meer vonden we elkaar in alles wat niets met politiek van doen had. Nu is het 2016 en zijn we alweer zes jaar dikke vriendjes. Anyway. Laura vroeg me mee te fietsen door Amsterdam Noord ter ere van jubilerend D66. Sinds ik opnieuw in 020 werk, voel ik weer fijne hoofdstadvibes. Ik herontdek als het ware de stad waar ik zelf een tijdje woonde en dat voelt best prima (mijn Rotterdamvrinden wensen mij nu de allerlangste en tevens de meest in het oogprikkende bierdouche, ooit). Ik haak dus graag bij elke Damsko-gelegenheid aan. Ja, ook al betekent het dat ik moet mingelen met die referendumpartij. Amsterdam Noord. Behalve wat vage arthousefilms in EYE, een magistraal poetry-optreden in Tolhuistuin en een dancefeest op Undercurrent, weet ik niets van Noord. Behalve dat het Buikslotermeerplein ‘daar ergens’ moet liggen. Het geannexeerde Noord, van doffe parel naar grote glimmerd. Zeker met showstoppers zoals restaurant de Goudfazant en de spiksplinternieuwe Toren A’DAM in het Overhoekse gebied. Maar zonder deze ontwikkelingen had ondergetekende eigenlijk nooit echt interesse in dit stadsdeel.

Een blije aap fietsend op de IJ-promenade
Een blije aap fietsend op de IJ-promenade
En toen was er die fietstocht. En was ik een prachtige zomeravond voor even Marco Polo die allemaal schitterende dingen in dit stadsdeel ontdekte. Van jaren 80-rijtjeshuizen met aquablauwe daklijsten tot aan knusse dijkhuizen samengeplakt aan een langvergeten oud-Amsterdams kabbelend riviertje Het Die. Amsterdam Noord is bouwgretig. Het stadsdeel heeft potentie en vooral de ruimte om te experimenteren met ecologische woningbouw bijvoorbeeld. En dan die hipsterheid rondom de NDSM-werf. De creatieve industrie voelt zich hier duidelijk al een tijdje thuis. De Hogeschool voor de Kunsten gaat hier ook neerstrijken.

Voor fietsers is Noord om te janken zo mooi. De infrastructurele ambities om het voor fietsers het leukste stadsdeel van Amsterdam te maken, yep, die zijn ook schön. Het fietspadplan langs de IJ-promenade is in de maak: Zaandam aan de westside en Schellingwoude aan de eastside. Je kunt er nu al langs fietsen. Maar straks dus een flink stuk verder dan nu.

En dan hebben we de Noord-Zuidlijn nog. De innige en vooral urgente wens om dat hinderlijke langetermijn project af te tikken en dan hup, door te trekken naar Purmerend. De brug over het IJ en een brug tussen Overhoeks en de van der Pekbuurt. Plannen zijn er aan de lopende band. De discussies over de haalbaarheid van dingen vindt plaats in de bestuurscommissies. Want de ontsluitingsdrang is hier groter dan groots. Elke stad wil bereikbaar zijn, maar Noord wil dat het allerergst van iedereen. Fascinerend hoe de D66-commissieleden zich daarin vastbijten. Ontroerend ergens. Wij Noorderlingen wonen dan wel lekker verweggistan in aangeharkte Vinexunits en knusse Durgerdam-mansions, maar we willen wel snel onze Wisteria Lanes uit kunnen en elke dag de wijde wereld in trekken.

Ondertussen observeerde ik me helemaal gans en gek. Het desolate, uitgestrekte en tegelijkertijd landelijk knusse en volgepakte Noord is voer voor de verhalenmachine in mijn hoofd. De scheepswerfgeschiedenis, de geannexeerde dorpen met exotische namen zoals Holysloot en Ransdorp. Het gemoedelijke café ’t Sluisje bij de jachthaven. Hier rolt een gedicht uit mensen. En misschien wel meerdere. Dan ga ik nog een keer terug als een soort lokale Wanderlust-reiziger. Instagram volspammen met mooie plaatjes. Of misschien schrijf ik juist een grimmig, confronterend gedicht. Opgedragen aan de hangjongeren van de Banne Buiksloot van Noord. Amsterdam Noord is een verrassingsei, een mooie escape als je gek wordt van de hysterie, de randomness en soms ook wel de voorspelbaarheid van de binnenstad. Ik weet in elk geval waar ik mijn volgende lustrum met vriendinnetje Wytema ga vieren.