Mensen, al tien dagen eet ik ziekenhuis/bejaardenvoeding in de vorm van vla, witte bolletjes, soep en alles wat maar zacht en vloeibaar is. Ik duw al tien dagen een cocktail van paracetamol en naproxen 4500 mg in totaal, in mijn gehavende strot. Qua pijngrens kom ik in de buurt van een Indiase straatartiest die bierbliklipjes heel doorslikt. En ik weet blindelings waar mijn pyjama woont (lees: die zit aan mijn lijf gekleefd zo onderhand). Want wat is keel/amandelontsteking een teringtyfusirritante aandoening zeg. Ik wil, als ik beter ben, deze letterlijk zieke virusgast nooit, maar dan ook nooit meer tegenkomen. Zo, dat is eruut.
En dat zijn best stevige woorden voor iemand die als kind een premiumabonnement had op het ziekenhuis in Amstelveen. Longontsteking en bronchitis, ik ging daar vet goed op. Ik verdenk de enorme hoeveelheid antibiotica die ik daar toegediend heb gekregen, debet is aan mijn 1,50 meter. Alle Brinta en TLC* van mama ten spijt. Maar goed. Deze bronchitis-story was om aan te geven dat ik met mijn ‘levenservaring’ een griepvirusje heel goed kan handelen. Het kost mij hoogstens een weekje eenzame opsluiting met een soepje, zakdoek-origami en paracetamol. Eventueel nog wat codeïne tegen droge hoest en dan gaat het snel met de wederopstanding zeg maar. Maar deze li-lu-laryngitis is nieuw voor mij. En vooral nieuw in de zin van dat het zo hemeltergend lang duurt. Ik vind het hinderlijk dat ik dit keer geen controle heb over het verloop en de lengte van het virus.
En nog iets: dit hele gebeuren doet wat met mijn Indonesische voedsel-inborst. Ik vind het taai dat mijn tong, tandjes en keel; die normaal gesproken zeven dagen van de week mij helpen te processen en te fijnproeven, te bunkeren of te cheatdagen, nu tijdelijk ontoerekeningsvatbaar zijn. Met als gevolg hysterische zwaardgevechten in mijn keel, een tong die in zijn eentje vecht tegen de bacillen en tandjes die de nasty druk van de ontsteking op hun emaille schouders moeten dragen. Ik voel me oprecht kwetsbaar en tijdelijk van mijn Indonesische roots ontnomen. Ik bedoel, wat is nou een Indonesische die haar rendang, sate babi en kare ayam niet fatsoenlijk op kan eten? Niks. Nada. Het is intense droefenis allemaal.
Had ik al verteld dat voor dit virus twee weken staat? Waarom ook alweer vloog ik vorige week niet ff per monkeyjet naar Indonesië? Toen ik in Jakarta woonde had ik namelijk het privilege om van de Aziatische gezondheidszorg te genieten. Bij een simpele griep moest je al met een aanhanger komen, zo veel medicijnen kreeg je daar mee. Vier verschillende capsules formaat XXL (echt insane) en een hoestdrankje is standaard. Maar dan was je, let op, binnen twee dagen zo fit als je personal trainer en je bootcampmatties bij elkaar. Ik mis die Asian farmaceutische efficiency enorm. Want omdat ik vanwege deze KeelGate nu twee weken rust moet houden, mis ik deze week het VU-teamuitje waarvan ik nota bene, samen met een andere collega, Commissaris Organisatie ben. Hoe wreed is dat.
Is er dan hélemaal níks leuks te melden over deze brute quarantaine? Natuurlijk wel. Gisteren op mijn verjaardag at ik samen met mijn lieve besties en roomies pannenkoeken met confetti en spekkies op cocktailprikkers. En omdat het mijn verjaardag was, klonk de hele middag Bruno Mars en was de dresscode feestelijk. Lulde iedereen de oren van mijn kop en antwoordde ik hinterig met kladblokbriefjes en een dubbele dosis Naproxen. Voor het eerst in mijn leven geen woord gesproken met deze peoples. Zelfs toen ik na het feestje naar bed werd gestuurd protesteerde ik voor de verandering niet (luidkeels). Vriendin Suzanne noemde het ‘de meest hipster stilte-verjaardag ever’. Nja. Alles voor Bassie, alles voor de keel. Maarre luister Keel, als je aan het einde van de week nog steeds in brand staat, dan stuur ik een knokploeg op je af. Want zoals ik al in het begin zei: ik weet waar je pyjama woont.
*Voor de sufferds die niet weten wat TLC betekent: Tender Loving Care