Monkey University

Afstuderen is zo’n typische hysterische gebeurtenis die je nooit meer vergeet. Sommige mensen willen het opzettelijk uit hun langetermijngeheugen wissen. Omdat afstuderen een ongekend intense martelgang is. En omdat je er blijvende littekens aan over houdt. Je sufgestudeerde brein die je moedwillig stukje bij stukje op hebt gerekt en waar je vervolgens jaren aan collegestof, syllabi, studieboeken, papers, tentamens, werkgroepjes, stage en presentaties driedubbel en origamiproof in hebt lopen vouwen. Dát brein, je zorgvuldig opgebouwde kenniskop laat jou op het moment suprême, wanneer je in je afstudeerfase belandt, in de steek. Dat wil zeggen: je begeleiders doen er werkelijk álles aan om aan je wetenschappelijke verstand te brengen dat je de meest onzinnige onderzoeksvraag van de wereld hebt geformuleerd. Zelfs al verbeter je die vraagstelling exact en op de millimeter nauwkeurig op de aanwijzingen van je afstudeerbegeleider. Of zelfs als je een totaal andere geniale invalshoek kiest. Je krijgt prefab terug dat je onderzoeksvraag simpelweg niet deugt (waardoor je denkt dat je zelf als homaan ook niet echt deugt). En daarom lieve kinders, studeer je nooit in een tempo of termijn af die je zelf in je knappe koppie had bedacht. Met totale waanzin en eindeloos donkere aan-je-scriptiesleutelen-dagen als gevolg. Je begeleiders vermoorden voor al dit onrecht gaat natuurlijk niet. Je wil immers afstuderen en daarna nog enigszins een glansrijke carrière beginnen als koffiehaler op de Zuidas. Of als jaknikker bij stroperige NGO’s. Je loopbaan starten met een vet strafblad is dan niet zo handig.

Nou ben ik natuurlijk allang en breed afgestudeerd, maar zoals ik al zei: je vergeet het nóóit niet meer. Die hele periode staat als een monumentale tattoo in je geheugen gegrift. En voor mij als Letterenstudent aan de Groningse universiteit al helemaal. Ik vond het bijvoorbeeld onverteerbaar dat ik telkens naar huis werd gestuurd omdat mijn onderzoeksvraag ernstig bijgesteld moest worden en of ik niet meteen een stuk of tachtig alinea’s om kon gooien alstublieft dankuwel. Ik was student Communicatie & Informatiewetenschappen for Christ sakes! Dan vind je jezelf namelijk schrijf- en taalvirtuoos-in-een. Dan vind je jezelf King of the Hill in überhaupt het formuleren van zinnige dingen. En dan word ik naar huis gestuurd vanwege een inconcrete vraagstelling? Really mensen? Wij hebben complete colleges gehad waarin we nota bene werden gedrild de beste vraagstelling zo lezersvriendelijk te formuleren op wetenschappelijk communicatiethema X. Frikkin ongelofelijk.

Behalve dat afstuderen als een intense ervaring blijft nagalmen, kan het zomaar gebeuren dat het fenomeen afstuderen onderwerp van gesprek wordt op een sexy vrijdagavond anno 2018. Hoedan? Nou, als vriendinnetje Natasha haar afstuderende boyfriend Erik meeneemt. Die op een zwoelie vrijdagavond met geluidsarme koptelefoon braaf en murwgeslagen op zijn laptop naar levenswerk to be zit te koekeloeren. Meanwhile chillen N. en ik op de bank, doen slap ouwehoeren en smeren we de keeltjes met een fles rosé. Dat werk. Ik probeerde afstudeervriend vervolgens soort van schraal te troosten dat werkelijk iedereen die afstudeert of is afgestudeerd, deze ongekende lijdensweg heeft ondergaan. We besluiten het er over te hebben. Gewoon bam ff alle frustraties van nu en vroegâh op tafel. Het wordt waarachtig zelfs leerzaam als we de verschillende stijlen en vormen van scriptie verdedigen delen. Van die TU Delft-nerds (waar N. ook een alumnus van is) weet ik dat ze verschillende begeleiders hebben en dat ze groen licht moeten krijgen alvorens de nerds allstars mogen afstuderen. De scriptie wordt op de afstudeerdag zelf verdedigd. Daarna trekt de afstudeercommissie zich terug om het cijfer te bepalen. Bij Letteren ging dat dus heel anders. Ik verdedigde mijn scriptie gewoon op de faculteitskamer van mijn vaste begeleider. Vervolgens kreeg ik op de daadwerkelijke afstudeerdag in het bloedstatige instaproof Academiegebouw een rijkelijke speech van mijn twee begeleiders cadeau. Opgebouwd langs de as van een paar geestig-droge anekdotische opmerkingen en quotes. Daarna volgde apotheotisch een chronologisch relaas van mijn afstuderen en verdediging-in-1. En wat zij daar allemaal van vonden, met als pay off het afstudeercijfer verpakt in die prachtige bul. Het gekke van zo’n efficiënte afstudeerceremonie, is dat die hele trainerende periode van maanden van bloed schelden, frustratie en tranen opeens kaboem voorbij is. Beetje Stockholm syndroom-ish. Je wilt niet dat het voorbij is maar ergens toch gewoon kneiterhard weer wel. Het is natuurlijk nogal wat, na je brugklastijd begint de spannende studententijd. En nu ben je opeens aanbeland bij de def afsluiting van deze boeiende maar vermoeiende periode van je leven. Huilen in de krochten van je studentenhuis of faculteit kan niet meer. Vanaf nu huil je stilletjes je corporate tranen stuk als newbee kantoorklerk op de toiletten op de dertigste verdieping van je statige office. Nu geen begeleider die je mind blowing vraagstelling niet snapt, maar een leidinggevende die voor de zoveelste keer komt blaten dat je projectplan nog niet agile genoeg is. Had ik al verklapt dat je eerste kantoorbaan ook een soort van ontgroeningstijd is? Welkom in de Grote Peopleswereld. Banaan anyone?