Ik ben import-Rotterdammert. Mezelf geïmporteerd naar de stoffige straten van het Oude Westen. Mijn actieradius concentreert zich grofweg tussen het Weena/Beukelsdijk, West-Kruiskade en de Nieuwe Binnenweg. In die driehoek zit alles wat ik nodig heb: mijn favo fluffy pancaketent (Altijd in de Buurt), de buurtgym, de Chinatown voedselstrip over de gehele lengte van de West-Kruiskade tot aan de Eerste Middellandstraat. In theorie kun je jezelf letterlijk doodeten aan voedsel in al die eettentjes en je salaris stukslaan in de Asian supermarkets. Omdat het kan. En dan heb je mijn stokoude huisarts, dokter Oudemans op de ´s Gravendijkwal, die niet onder de indruk is van wat voor hysterische kwaal je dan ook naar de spreekkamer meebrengt. Deze man heeft in de roerige jaren ’80-’90, zware drugsverslaafden en crackhoertjes in zijn wachtkamer gehad. Dus hij lacht je uit hoor. Met je keelontsteking.
Het Oude Westen. Ik ben hier niet opgegroeid, maar moest als volwassene serieus opnieuw opgroeien als bewoner in een buurt met gebruiksaanwijzing. Deze hectische, luchtvervuilende brutale brulaap met een ingewikkeld verleden die het Oude Westen heet. Het doet iets met je. Slalommen tussen tüterende waggies en autoportieren die onaangekondigd openslaan en tegen je fiets en face aanknallen. Mijn middelvinger is inmiddels de meest getrainde vinger die ik heb. Jullie snappen mijn punt. Het Oude Westen. Het verkennen van deze roemruchte wijk doe je nooit alleen. Er wandelen altijd lekker neuriënde daklozen met je mee, die een muntje voor de nachtopvang aka jonko komen vragen. Ik zeg nooit get out of my air, een muntje geef ik altijd. Maar ze staan vaak nét iets te dicht op de huid. De West-Kruiskade zit sowíeso dicht op je huid. Overdag bubbly, ’s avonds een no go-area (irritant want het is de snelste weg van avondje binnenstad naar huis).
De West-Kruiskade flirt met je in de zomer wanneer je langs de bakabana- en schaafijskraampjes flaneert, samen met de buurtprinsessen met hun instagramgeboetseerde lichamen. Vriendelijk toegesproken door de coole boys van de fashionstores die altijd buiten voor hun etalages staan te shinen met hun gouden tanden. En vergeten dat ze binnen distressed jeans en shirts met v-halsjes moeten omzetten.
De West-Kruis irriteert, als je net lekker windowshopping doet in sloom Aziatisch tempo en opeens een blik white peoples vanuit je dode hoek, het nodig vindt om snel en lomp dwars door je heen te gaan lopen, hoedan. Sommige mensen zijn hier niet op hun plaats. Maar de West-Kruiskade vertedert ook. Vooral als er kleine Marokkaanse en Turkse kindjes met grote diepe ogen en lange wimpers zorgeloos uit de zijstraten komen huppelen. Straten met meestal een moeilijk heden en verleden vol inwoners met issues: de Bajonetstraat, Gouvernestraat, Johannes de Vouplein, het opgroeipleintje van doodgeschoten rapper Feis.
Daarover gesproken: yep mijn buurt het Oude Westen gedraagt zich een beetje als het Wilde Westen de laatste tijd. Fake cowboys, importlui met graftakkenfaces die met creepy souplesse en vooral nul geweten, hardvochtig en kil pistooltje trekken. Sommige mensen zijn hier gewoon niet op hun plaats.
De West-Kruis leeft dagelijks op de rand, over de rand om te overleven. De buurtbewoners zijn soms beetje doelloos, doelbewust, dwaas, dolend misschien. Maar het mixt allemaal goed en het lukt best om een beetje fatsoenlijk langs en met elkaar te bewegen en te viben. In Oud-West leven de mensen 24/7 op de rand om te leven, te overleven en soms om het juist níet te overleven.
Vandaag liep ik op de West-Kruis en zag ik bij koffietentje mr. Beans, een groepje hoodies waar geluid uit kwam. Een straatsoldaat is onlangs dan wel doodgeschoten, maar de nieuwe lichting is alweer opgestaan. Deze capuchonboys in broederschap zullen de buurtprinsessen van nu en straks willen beschermen, hier in hun Oude Westen.
Naar deze buurt heb ik mezelf geïmporteerd. En ik vind daar wat van. Sinds de schietpartijen, een buurtillusie armer maar wél een stukje wijktrots rijker. Want karakter hebben ze hier allemaal. Grote waffels, kleine hartkleppen, hard op je bek pleuren en hup, doorgaan. Ik ben hier niet opgegroeid maar boy, wat klopt het hart van het Oude Westen hard en luid en wat hoor ik die inmiddels goed mang, maar echt. Het Oude Westen, koning in het stapelen van verleden, heden, verdriet, verlies en vooruitgang. Uw import-Rotterdammert heeft gezien, gevoeld en gesproken.